Foto's: René Castelijn
Video: Het Danspaleis
Foto: Hedwig van der Geer
Het Danspaleis brengt nog meer dynamiek in de bibliotheek
In de bibliotheken van nu is veel mogelijk, maar dansen tussen de boekenkasten is toch niet iets waar iedereen direct aan denkt. Toch heeft Het Danspaleis al velen – vooral ouderen, maar soms ook jongeren – in beweging gebracht tijdens sfeervolle dansfeesten in verschillende bibliotheekfilialen. ‘Dansen maakt je vitaler én gelukkiger’, zegt Marleen Engbersen, accountmanager van Het Danspaleis. Samen met zakelijk directeur Ellen de Boer en founder/algemeen directeur Suna Duijf vertelt ze graag hoe mensen ‘en-dansant’ zo veel hernieuwde levensenergie opdoen, dat ze bij vertrek hun rollator soms bijna vergeten mee te nemen.
Dansen tussen de boeken
Biebactiviteit
TEKST: Linda van Pelt • FOTO'S: ZIE CREDITS LANGS ZIJKANT
Koninklijk
Ellen, Marleen en Suna willen graag nogmaals benadrukken dat Het Danspaleis volgens hen uitstekend aansluit bij de moderne missie van de bibliotheek om een bruisende plek in de samenleving te zijn.
Suna: ‘De bibliotheek en Het Danspaleis vinden elkaar in het contact maken met verschillende generaties en mensen met diverse achtergronden. Lezen en muziek zijn universele middelen die iedereen aanspreken. Een mooie match!’
‘Bibliotheken richten zich begrijpelijk op de jongere generaties, maar ook de ouderen vormen een doelgroep met maatschappelijke waarde. Samen een dansje wagen is goed voor de fysieke en voor de mentale en sociale gezondheid. Bovendien krijg je via Het Danspaleis vaak ook doelgroepen binnen die normaal gesproken niet zo snel naar de bibliotheek zouden komen’, denkt Marleen.
Tot slot vertelt ze graag nog even over die ene deelneemster die na afloop van een Danspaleis zo energiek uit de bibliotheek vertrok dat ze pas 100 meter later ontdekte dat ze haar rollator per ongeluk nog had laten staan.
Het is duidelijk, door samen even te quicksteppen of misschien zelfs te rock-’n-rollen voel je je soms de koning te rijk. Wat wil je ook, in een paleis!
Bij oud én jong raak!
Marleen is afkomstig uit Noord-Brabant waar carnaval de gemoederen nog steeds in beweging brengt.
‘Van jongs af aan ken ik ook het dansplezier, en dat is iets wat we ook anderen graag laten beleven. Door samen de dansvloer op te gaan, doorbreek je bijna automatisch even je eenzaamheid. Er ontstaan zelfs vriendschappen in Het Danspaleis.’
Na Bibliotheek Utrecht, werden ook de bibliotheken in Amsterdam, Rotterdam en Den Haag enthousiast. Ook hier zijn al op verschillende bibliotheeklocaties Danspaleizen gehouden.
‘De platendraaiers stemmen de muziekkeuze af op de deelnemers. Nederlandse meezingers, rock-’n-roll, ballroom, merengue of disco. De dansers bepalen zelf wat ze het liefste doen; de quickstep of chachacha, of liever gewoon lekker los dansen op de muziek. En het leuke is dat het dansplezier zo aanstekelijk is dat ook jongere bibliotheekbezoekers vaak spontaan gaan meedoen.’
Dat laatste gebeurde ook in de stad die, na de vier grote Nederlandse steden, is ‘gevallen’ voor het concept Danspaleis: Almere. Marleen: ‘Ook hier waren ze aanvankelijk wat sceptisch, maar toen op alle verdiepingen bij de balustrades rond de trappen de bibliotheekbezoekers stonden mee te swingen, was het wel duidelijk hoeveel plezier een Danspaleis geeft. Mensen worden letterlijk én figuurlijk (aan)geraakt door de muziek. Jongeren pakten in Almere de ouderen bij de hand, en alles stond áán. Zo werd het – zwaan-kleef-aan – een feest voor alle generaties.’
‘Het is alsof we weer even terug zijn in de oude tijd, toen we zelf nog jong waren’, en ‘We voelen dat we leven.’ Dit zijn slechts twee reacties van Danspaleisbezoekers in Bibliotheek Utrecht.
‘Voorafgaand aan de grootschalige Danspaleizen in een bibliotheek zijn we eerder begonnen met succesvolle huiskameredities op bibliotheeklocaties in Amsterdam’, blikt Suna nog even terug. ‘Kleinschalige en laagdrempelige ontmoetingen voor ouderen in de buurt waar muziek het onderwerp van gesprek was en waar ook werd gedanst. De huiskameredities sloten we af met een Danspaleis met meer bezoekers.’ De huiskameredities bleken ook geschikt voor andere doelgroepen.
‘In samenwerking met de bibliotheek in Amsterdam-Oost werd een huiskamerreeks uitgezet voor Turkse vrouwen, en in Amsterdam-Zuidoost haakten ook veel Antilliaanse en Surinaamse ouderen aan. Er was een bijzonder moment in Reigersbos in Amsterdam-Zuidoost waar spontaan een groep jongeren zich op de dansvloer stortte waar uiteindelijk een polonaise uit voortkwam.’
Stappenplan naar vrolijkheid
‘Alle grote steden krijgen subsidie voor ouderen in de wijk’, weet Ellen de Boer, sinds anderhalf jaar zakelijk directeur van Het Danspaleis. ‘Hoewel wij werken met een grote groep enthousiaste vrijwilligers, maken we ook kosten, zoals voor het vervoer, de aankleding van de zaal en fondsenwerving. Hoe vaak er op een locatie een Danspaleis georganiseerd kan worden, hangt deels af van de beschikbare subsidiegelden.’
Het zijn niet alleen haar zakelijke skills die Ellen inzet voor Het Danspaleis.
‘Ik komt uit een horecagezin, dus ik ben van huis uit gewend om gasten een plezierige middag of avond te bezorgen. Mijn vader had de eerste disco in Almere, reken maar dat ik daar in mijn jonge jaren ook veel ben geweest. Dansen is nog steeds belangrijk voor mij. Als ik me rot voel, kan een avondje dansen helpen om mijn hoofd leeg te maken. Problemen lijken daardoor wat verder weg, en het leven ziet er leuker uit.’
Dat dit voor oudere mensen ook geldt, kan Ellen goed begrijpen. ‘Ik ben lang actief geweest in het zakenleven, waar omzet en winst belangrijk zijn. Mijn voornaamste motivatie voor de overstap naar Het Danspaleis is dat ik graag iets wil betekenen voor de maatschappij. Als ik zie hoeveel mensen plezier beleven aan een paar uurtjes contact met anderen op de dansvloer, ontroert me dat. Onze omzet is, na de coronatijd, weer in een stijgende lijn. Maar dat betekent in ons geval vooral dat we zo veel meer ouderen blij hebben kunnen maken.’
Focus op de jeugd van vroeger
Bij de missie en visie van de bibliotheken van nu is de doelgroep jongeren belangrijk. Logisch, want lezen is óók belangrijk, en jong geleerd, is oud gedaan. Maar hoe zit het met de jeugd van toen?
‘Veel mensen blijven tegenwoordig tot op hoge leeftijd zelfstandig wonen’, weet Marleen Engbersen. ‘Aan de ene kant is het natuurlijk prettig als je in je vertrouwde huis kunt blijven, aan de andere kant voelen meer en meer ouderen zich daardoor vaak eenzaam. En wat is een mooiere manier om het isolement te doorbreken dan af en toe samen te dansen? Zo maak je makkelijk contact en krijg je misschien nieuwe vrienden. En, je bent lekker in beweging!’
Geluksmomenten
Hoe ontstond het idee om dansbijeenkomsten in de bibliotheek te organiseren? Dat ligt toch niet direct voor de hand? Alvorens die vraag te beantwoorden, schetst Marleen kort de ontstaansgeschiedenis van Het Danspaleis. Die begon bij DJ Suna (Suna Duijf) die op verzoek van een vriendin een dansavond organiseerde op de 75ste verjaardag van haar moeder. Bij het zien van het plezier bij al die dansende ouderen, bedacht Suna dat ze meer ouderen zulke geluksmomenten zou gunnen. Zo ontstond in 2011 Het Danspaleis.
Het begon met dansfeesten voor ouderen in wijk- en buurthuizen, in woongemeenschappen en zorginstellingen. Inmiddels zijn er vijfentwintig dj’s (‘platendraaiers’) en twintig vloermedewerkers die op- en afbouwen en meedansen, en ruim 300 dansvrijwilligers bij Het Danspaleis betrokken. Die laatstgenoemden staan op de dansvloer en nodigen mensen uit, of moedigen ze aan om ook een dansje te wagen. Er zijn ruim 300 grote dansbijeenkomsten per jaar, en daarnaast worden er ook nog zo’n 250 huiskamerdanspaleizen van bescheidener omvang georganiseerd.
Leven in de boekerij
Een paar jaar terug besloot Marleen haar dansschoenen even te verruilen voor de ‘stoute variant’, en bij de bibliotheek in Utrecht het idee te lanceren om daar eens een Danspaleis te organiseren.
‘Aanvankelijk werd er gereageerd met grote verbazing’, vertelt ze. ‘Begrijpelijk, want bij een bibliotheek denk je eerder aan een rustige sfeer, boeken lezen of serieus werken of leren.’
Maar zo snel gaf ze het niet op. ‘Alle begin is moeilijk, maar de bibliotheken maken een enorme transitie door en daar horen ook nieuwe activiteiten bij. Ik heb van oudsher al een zwak voor de bibliotheek. Daar kun je zo veel kennis halen, en wat mij betreft is dit de sleutel tot een betere kwaliteit van leven. De bibliotheek is ook nog eens duidelijk in opmars, en vormt steeds meer een centrale plek op het vlak van educatie en ontmoeting voor alle lagen van de samenleving. De bibliotheek is niet voor niets "de huiskamer van de stad". In die context leek het me prima passen om belangstellende bezoekers ook eens te laten dansen. Wij komen voorrijden en kleden de zaal of kamer aan als een echte ballroom. Behalve de verandering van sfeer in de ruimte zie je ook de verandering van stemming van de mensen die deelnemen aan zo’n Danspaleis. Dansen geeft duidelijk veel plezier!’
Bibliotheekblad 3 maart 2024
Video: Het Danspaleis
Foto: Hedwig van der Geer
Bibliotheekblad 3 maart 2024
Foto's: René Castelijn
‘Het is alsof we weer even terug zijn in de oude tijd, toen we zelf nog jong waren’, en ‘We voelen dat we leven.’ Dit zijn slechts twee reacties van Danspaleisbezoekers in Bibliotheek Utrecht.
‘Voorafgaand aan de grootschalige Danspaleizen in een bibliotheek zijn we eerder begonnen met succesvolle huiskameredities op bibliotheeklocaties in Amsterdam’, blikt Suna nog even terug. ‘Kleinschalige en laagdrempelige ontmoetingen voor ouderen in de buurt waar muziek het onderwerp van gesprek was en waar ook werd gedanst. De huiskameredities sloten we af met een Danspaleis met meer bezoekers.’ De huiskameredities bleken ook geschikt voor andere doelgroepen.
‘In samenwerking met de bibliotheek in Amsterdam-Oost werd een huiskamerreeks uitgezet voor Turkse vrouwen, en in Amsterdam-Zuidoost haakten ook veel Antilliaanse en Surinaamse ouderen aan. Er was een bijzonder moment in Reigersbos in Amsterdam-Zuidoost waar spontaan een groep jongeren zich op de dansvloer stortte waar uiteindelijk een polonaise uit voortkwam.’
Stappenplan naar vrolijkheid
‘Alle grote steden krijgen subsidie voor ouderen in de wijk’, weet Ellen de Boer, sinds anderhalf jaar zakelijk directeur van Het Danspaleis. ‘Hoewel wij werken met een grote groep enthousiaste vrijwilligers, maken we ook kosten, zoals voor het vervoer, de aankleding van de zaal en fondsenwerving. Hoe vaak er op een locatie een Danspaleis georganiseerd kan worden, hangt deels af van de beschikbare subsidiegelden.’
Het zijn niet alleen haar zakelijke skills die Ellen inzet voor Het Danspaleis.
‘Ik komt uit een horecagezin, dus ik ben van huis uit gewend om gasten een plezierige middag of avond te bezorgen. Mijn vader had de eerste disco in Almere, reken maar dat ik daar in mijn jonge jaren ook veel ben geweest. Dansen is nog steeds belangrijk voor mij. Als ik me rot voel, kan een avondje dansen helpen om mijn hoofd leeg te maken. Problemen lijken daardoor wat verder weg, en het leven ziet er leuker uit.’
Dat dit voor oudere mensen ook geldt, kan Ellen goed begrijpen. ‘Ik ben lang actief geweest in het zakenleven, waar omzet en winst belangrijk zijn. Mijn voornaamste motivatie voor de overstap naar Het Danspaleis is dat ik graag iets wil betekenen voor de maatschappij. Als ik zie hoeveel mensen plezier beleven aan een paar uurtjes contact met anderen op de dansvloer, ontroert me dat. Onze omzet is, na de coronatijd, weer in een stijgende lijn. Maar dat betekent in ons geval vooral dat we zo veel meer ouderen blij hebben kunnen maken.’
Focus op de jeugd van vroeger
Bij de missie en visie van de bibliotheken van nu is de doelgroep jongeren belangrijk. Logisch, want lezen is óók belangrijk, en jong geleerd, is oud gedaan. Maar hoe zit het met de jeugd van toen?
‘Veel mensen blijven tegenwoordig tot op hoge leeftijd zelfstandig wonen’, weet Marleen Engbersen. ‘Aan de ene kant is het natuurlijk prettig als je in je vertrouwde huis kunt blijven, aan de andere kant voelen meer en meer ouderen zich daardoor vaak eenzaam. En wat is een mooiere manier om het isolement te doorbreken dan af en toe samen te dansen? Zo maak je makkelijk contact en krijg je misschien nieuwe vrienden. En, je bent lekker in beweging!’
Geluksmomenten
Hoe ontstond het idee om dansbijeenkomsten in de bibliotheek te organiseren? Dat ligt toch niet direct voor de hand? Alvorens die vraag te beantwoorden, schetst Marleen kort de ontstaansgeschiedenis van Het Danspaleis. Die begon bij DJ Suna (Suna Duijf) die op verzoek van een vriendin een dansavond organiseerde op de 75ste verjaardag van haar moeder. Bij het zien van het plezier bij al die dansende ouderen, bedacht Suna dat ze meer ouderen zulke geluksmomenten zou gunnen. Zo ontstond in 2011 Het Danspaleis.
Het begon met dansfeesten voor ouderen in wijk- en buurthuizen, in woongemeenschappen en zorginstellingen. Inmiddels zijn er vijfentwintig dj’s (‘platendraaiers’) en twintig vloermedewerkers die op- en afbouwen en meedansen, en ruim 300 dansvrijwilligers bij Het Danspaleis betrokken. Die laatstgenoemden staan op de dansvloer en nodigen mensen uit, of moedigen ze aan om ook een dansje te wagen. Er zijn ruim 300 grote dansbijeenkomsten per jaar, en daarnaast worden er ook nog zo’n 250 huiskamerdanspaleizen van bescheidener omvang georganiseerd.
Leven in de boekerij
Een paar jaar terug besloot Marleen haar dansschoenen even te verruilen voor de ‘stoute variant’, en bij de bibliotheek in Utrecht het idee te lanceren om daar eens een Danspaleis te organiseren.
‘Aanvankelijk werd er gereageerd met grote verbazing’, vertelt ze. ‘Begrijpelijk, want bij een bibliotheek denk je eerder aan een rustige sfeer, boeken lezen of serieus werken of leren.’
Maar zo snel gaf ze het niet op. ‘Alle begin is moeilijk, maar de bibliotheken maken een enorme transitie door en daar horen ook nieuwe activiteiten bij. Ik heb van oudsher al een zwak voor de bibliotheek. Daar kun je zo veel kennis halen, en wat mij betreft is dit de sleutel tot een betere kwaliteit van leven. De bibliotheek is ook nog eens duidelijk in opmars, en vormt steeds meer een centrale plek op het vlak van educatie en ontmoeting voor alle lagen van de samenleving. De bibliotheek is niet voor niets "de huiskamer van de stad". In die context leek het me prima passen om belangstellende bezoekers ook eens te laten dansen. Wij komen voorrijden en kleden de zaal of kamer aan als een echte ballroom. Behalve de verandering van sfeer in de ruimte zie je ook de verandering van stemming van de mensen die deelnemen aan zo’n Danspaleis. Dansen geeft duidelijk veel plezier!’
In de bibliotheken van nu is veel mogelijk, maar dansen tussen de boekenkasten is toch niet iets waar iedereen direct aan denkt. Toch heeft Het Danspaleis al velen – vooral ouderen, maar soms ook jongeren – in beweging gebracht tijdens sfeervolle dansfeesten in verschillende bibliotheekfilialen. ‘Dansen maakt je vitaler én gelukkiger’, zegt Marleen Engbersen, accountmanager van Het Danspaleis. Samen met zakelijk directeur Ellen de Boer en founder/algemeen directeur Suna Duijf vertelt ze graag hoe mensen ‘en-dansant’ zo veel hernieuwde levensenergie opdoen, dat ze bij vertrek hun rollator soms bijna vergeten mee te nemen.
Het Danspaleis brengt nog meer dynamiek in de bibliotheek
Dansen tussen de boeken
TEKST: Linda van Pelt • FOTO'S: ZIE CREDITS LANGS ZIJKANT
Biebactiviteit
Tijd voor het verhaal van een van de pioniers op dit terrein: Biblionet Groningen en haar partner Campus VO Eemsdelta. De samenwerking, die begon in 2016, werd geïntensiveerd toen een aantal jaar geleden de bouw van een nieuw complex op stapel stond en leesbevordering expliciet in de plannen werd meegenomen. Zo kon het dat het programma de Bibliotheek op school, letterlijk en figuurlijk, een vast en zichtbaar onderdeel van Campus VO Eemsdelta werd.
Een taalarme regio
VO Eemsdelta is een school met twee onderwijslocaties: Rutger Kopland in Siddeburen en de Campus in Appingedam. De Campus is een spiksplinternieuw gebouwencomplex waar opleidingen en leerlingen uit verschillende oude locaties een nieuw thuis hebben gevonden. De Campus biedt een breed scala aan opleidingen aan, van praktijkonderwijs tot vwo+.
Het is geen toeval dat juist in de regio Eemsdelta de samenwerking tussen een middelbare school en de bibliotheek zo sterk is. Annalies Mulder, algemeen directeur van VO Eemsdelta: ‘Onze samenleving is zo talig dat een goede taalbeheersing belangrijk is om mee te kunnen doen. Maar in onze regio hebben veel mensen taalproblemen, óók onze jongeren. We kiezen er op onze school daarom voor om veel tijd en energie te steken in taal. In ons strategisch beleidsplan is taalbeleid dan ook een speerpunt. Leesbevordering is daar weer een belangrijk onderdeel van, en om dat goed aan te pakken, ligt een samenwerking met Biblionet Groningen voor de hand. We hebben elkaar en elkaars expertise hard nodig.’
Verschillen primair en voortgezet onderwijs
Het programma de Bibliotheek op school heeft als belangrijkste doel het lezen en leesplezier te bevorderen, of het nu gaat om leerlingen in het primair of het voortgezet onderwijs. Er zijn veel overeenkomsten tussen beide varianten, maar ook verschillen.
Voor Biblionet Groningen geldt dat sommige bouwstenen van de Bibliotheek op school veel op elkaar lijken, of ze nu op hun basisscholen of op de twee middelbare scholen waar het programma draait worden gebruikt. ‘Als het gaat om de bouwsteencollectie hanteren wij bijvoorbeeld in beide situaties gemiddeld vijf boeken per leerling’, vertelt Ilona Ebels, manager bibliotheken van Biblionet Groningen. ‘We nemen ook op beide niveaus de Monitor af. En voor beide varianten verzorgen we leesbevorderingsactiviteiten in klassen. Een verschil is dat die activiteiten er inhoudelijk in het voortgezet onderwijs natuurlijk anders uitzien. In het vmbo wordt dat bijvoorbeeld sterk toegespitst op een bepaalde groep leerlingen bij wie lezen niet populair is. Dat vraagt om specifieke kennis over en affiniteit met die leeftijds- en doelgroep. Dat betekent dus dat een leesconsulent wel goed moet passen bij de groepen waarmee hij of zij werkt en de nodige expertise in huis moet hebben.’
Een ander verschil is de schaalgrootte, legt Ebels uit: ‘Er zijn veel minder middelbare scholen, maar de omvang van een middelbare school is doorgaans groter dan die van een basisschool. Door de grootte van een middelbare school kán het daardoor lastiger worden om heel zichtbaar te zijn als leesconsulent.’
Hoe het begon
Een samenwerking zoals die van VO Eemsdelta en Biblionet Groningen is er niet van de ene op de andere dag. ‘We startten in 2016 met het programma de Bibliotheek op school in het vmbo’, vertelt Ebels. ‘In die begintijd was de leesconsulent drie dagdelen per week aanwezig in de mediatheek. Ze gaf aandacht aan leesbevordering in lessen, hield gesprekken met leerlingen en verzorgde de collectie. De leesconsulent vormde toen al een vast gezicht, en zij leerde de school en haar leerlingen en docenten goed kennen.’
Toen de samenwerking al een aantal jaar onderweg was, trad Mulder aan als directeur van VO Eemsdelta. Op haar nieuwe school werd zij al snel aangesproken door de leesconsulent. ‘We hebben samen goede gesprekken gehad over het belang van leesbevordering’, zegt Mulder. ‘Toen onze organisatie een paar jaar geleden begon te werken met zogenaamde Expertgroepen, is de leesconsulent een vast lid geworden van de Expertgroep Taal. Op die manier dacht er structureel iemand vanuit de bibliotheek mee over ons taalbeleid. Dat bleek heel waardevol, zeker wat betreft de plannen voor de nieuwe Campus.’
Actieplan Taal
De Expertgroep Taal kreeg de opdracht om de ambitie van VO Eemsdelta op het gebied van taal uit te werken tot het Actieplan Taal, dat als advies werd gepresenteerd aan de schoolleiding. Mulder: ‘De schoolleiding heeft dit plan omarmd. Het plan geldt voor de hele school, maar per opleiding zijn er eigen aanvullingen. In het praktijkonderwijs ga je immers anders te werk dan in bijvoorbeeld het vwo. Het plan is van de school, maar waar het gaat over leesbevordering werken we altijd samen met de bibliotheek.’
Mulder ziet het belang van de bijdrage die leesconsulenten leveren binnen de Expertgroep Taal: ‘Lezen is onlosmakelijk verbonden met andere delen van taalontwikkeling. Doordat de leesconsulenten meedraaien in de Expertgroep worden verschillende onderdelen aan elkaar verbonden. Dat is belangrijk. We zien namelijk dat je het taalbeleid echt schoolbreed, maar ook in samenhang, moet aanpakken om uiteindelijk met elkaar ervoor te zorgen dat leerlingen sterk in taal en communicatie worden.’
Het Actieplan Taal bestaat uit een algemeen plan en drie deelplannen. Deel 1 is gericht op leesbeleid, deel 2 op taalondersteuning voor taalzwakke leerlingen en deel 3 focust op de rol die álle docenten hebben, ook de vakdocenten, als het gaat om taalonderwijs. Alle delen omschrijven doelen en resultaten, en deze staan er niet vrijblijvend, geeft Mulder aan: ‘Er zijn natuurlijk landelijke standaarden waaraan we moeten voldoen, maar we willen ook met extra onderzoek bekijken of het taalniveau van onze leerlingen door onze plannen daadwerkelijk verbetert.’
Zichtbaarheid in school
Leesconsulenten van de bibliotheek die structureel meedenken met het taalbeleid van school. Het is een van de redenen waardoor de bibliotheek heel zichtbaar is op VO Eemsdelta. De ontwikkeling van een nieuw schoolgebouw gaf bovendien extra kansen: ‘De mediatheek heeft een centrale plek gekregen op de Campus. Dit heeft ook de letterlijke zichtbaarheid enorm vergroot’, vertelt Ebels.
‘Daarnaast hebben we de Bibliotheek op school niet alleen mogen inrichten met alle bouwstenen die onder het programma vallen, maar hebben onze leesconsulenten ook veel extra tijd gekregen. Onze leesconsulenten voeren namelijk niet alleen de reguliere leesbevorderingsactiviteiten uit, maar bemensen ook de mediatheek. Dat betekent dat tijdens alle lesuren er minstens één leesconsulent aanwezig is op school. Zij zijn het gezicht van leesbevordering binnen de Campus en de leerlingen weten hen daardoor goed te vinden’, geeft Ebels aan.
‘Medewerkers die veel aanwezig zijn maken het verschil’, zegt Mulder. ‘We hadden ook een mediatheek op onze andere locatie die op zich goed werd gebruikt als studieruimte. Maar voor effectieve leesbevordering in het vmbo heb je echt actieve medewerkers nodig die bovendien expert zijn op dat specifieke gebied. De professionals van Biblionet Groningen en VO Eemsdelta stemmen alles steeds goed met elkaar af om te kijken wat geschikt en nodig is voor de verschillende doelgroepen.’
Koninklijk
Ellen, Marleen en Suna willen graag nogmaals benadrukken dat Het Danspaleis volgens hen uitstekend aansluit bij de moderne missie van de bibliotheek om een bruisende plek in de samenleving te zijn.
Suna: ‘De bibliotheek en Het Danspaleis vinden elkaar in het contact maken met verschillende generaties en mensen met diverse achtergronden. Lezen en muziek zijn universele middelen die iedereen aanspreken. Een mooie match!’
‘Bibliotheken richten zich begrijpelijk op de jongere generaties, maar ook de ouderen vormen een doelgroep met maatschappelijke waarde. Samen een dansje wagen is goed voor de fysieke en voor de mentale en sociale gezondheid. Bovendien krijg je via Het Danspaleis vaak ook doelgroepen binnen die normaal gesproken niet zo snel naar de bibliotheek zouden komen’, denkt Marleen.
Tot slot vertelt ze graag nog even over die ene deelneemster die na afloop van een Danspaleis zo energiek uit de bibliotheek vertrok dat ze pas 100 meter later ontdekte dat ze haar rollator per ongeluk nog had laten staan.
Het is duidelijk, door samen even te quicksteppen of misschien zelfs te rock-’n-rollen voel je je soms de koning te rijk. Wat wil je ook, in een paleis!