Foto: Stichting Lezen

Foto: Stichting Lezen

Foto: Bibliotheek Utrecht

Foto: Stichting Lezen

Foto: Stichting Lezen

Adriaan Langendonk, landelijk programmamanager
BoekStart en de Bibliotheek op school bij Stichting Lezen en Koninklijke Bibliotheek.

Op 30 oktober 2023 waren demissionair staatssecretaris Uslu en demissionair minister Paul op bezoek bij basisschool De Kaleidoscoop in Utrecht.

Wat kun je doen met 74 miljoen?

Bibliotheken ontvangen de komende drie jaar 74 miljoen euro uit het ‘Masterplan basisvaardigheden II’. Daarmee gaan nóg meer scholen en kinderopvanglocaties profiteren van BoekStart in de kinderopvang en de Bibliotheek op school. Bibliotheekblad vraagt aan Adriaan Langendonk, landelijk programmamanager BoekStart en de Bibliotheek op school bij Stichting Lezen en Koninklijke Bibliotheek, hoeveel zoden dit bedrag aan de dijk zet.

‘Het leesplezier moet terug in de klas!’

LEESBEVORDERING / BASISVAARDIGHEDEN /
DE BIBLIOTHEEK OP SCHOOL (DBOS)

TEKST: STAN VERHAAG• FOTO'S: ZIE CREDITS LANGS ZIJKANT

Mariëlle Paul (demissionair minister van Primair en Voortgezet Onderwijs) en Gunay Uslu (demissionair staatssecretaris van Media en Cultuur) maakten het eind oktober bekend tijdens een schoolbezoek in Utrecht: ze trekken de komende drie jaar 74 miljoen euro uit om nóg meer leerlingen te laten profiteren. Door middel van BoekStart in de kinderopvang (0-4 jaar) en de Bibliotheek op school in het basis-, voortgezet (praktijkonderwijs en vmbo) en beroepsonderwijs (mbo en pabo/lerarenopleiding). Beide programma’s bieden een structurele aanpak voor leesbevordering en informatievaardigheden doordat ze de ‘positieve leesspiraal’ stimuleren: voorlezen, beter lezen, doorlezen, blijven lezen. Beide aanpakken zijn gebaseerd op een aantal bouwstenen die in samenhang worden uitgevoerd. BoekStart en de Bibliotheek op school zijn ontwikkeld door Stichting Lezen en de KB, de nationale bibliotheek.

In mijn eigen woonplaats Venray heeft de middelbare school flink betaald om met de Bibliotheek op school te beginnen, omdat BiblioNu aangaf over onvoldoende middelen te beschikken.
Adriaan Langendonk: ‘Het is grappig dat je dat zegt, want ik had de directeur van BiblioNu onlangs nog aan de telefoon. Hij worstelt daar nogal mee. Hij krijgt de gemeente niet goed overtuigd om hierin te investeren. Daarin is Venray wel redelijk uitzonderlijk, moet ik eerlijk zeggen. Want de laatste jaren zijn veel gemeenten via het Nationaal Programma Onderwijs (in verband met corona) en de recente masterplanmiddelen juist gaan investeren in de Bibliotheek op school.’

In welke zin is Venray uitzonderlijk?
‘Het rijk betaalde tot corona niet of nauwelijks mee aan de lokale uitvoering van beide programma’s, dus was je als bibliotheek deels afhankelijk van wat een school of kinderopvangorganisatie wilde investeren, maar vooral van wat de gemeente wilde investeren. De gemeente financiert tenslotte voor ongeveer 85 procent de bibliotheek en dus ook deze programma’s. Dus als de gemeente zegt: “Wij zien weinig in de Bibliotheek op school”, dan sta je als bibliotheek inderdaad met lege handen. Maar ja, een goede uitvoering van de Bibliotheek op school met voldoende ondersteunende leesconsulentenuren en investeringen in collecties kost wel 75 euro per leerling per jaar. Dat moet ergens vandaan komen. Een school betaalt daarvan gemiddeld tien of twintig procent als je mazzel hebt, maar geen basisschool in Nederland betaalt meer dan twintig euro per leerling per jaar aan de bibliotheek voor de Bibliotheek op school. Dat is een van de redenen waarom ik zo blij ben met de 74 miljoen. Die zorgt er namelijk voor dat een bibliotheek de basiskosten makkelijker kan dragen.’

Want dat geld gaat rechtstreeks naar bibliotheken? Daar zit geen gemeente of school tussen?
‘Klopt, maar ze moeten het uiteraard wel inzetten in overleg met ons, want wij hebben de opdracht gekregen het geld te verdelen. Concreet kunnen de komende drie jaar ruim 1.800 kinderdagverblijven en scholen in het primair onderwijs, het vmbo, het praktijkonderwijs en het beroepsonderwijs (mbo breed, mbo/pwo (pedagogisch werk: onderwijsassistent,red.), pabo en lerarenopleidingen tweedegraads) voor het eerst gaan samenwerken met de bibliotheek via BoekStart in de kinderopvang en de Bibliotheek op school. Daarnaast kunnen ruim zesduizend kinderopvanglocaties en scholen hun bestaande samenwerking met de lokale bibliotheek verder uitbouwen. Het gros daarvan krijgt de komende drie jaar ieder jaar een bedrag uit de masterplanmiddelen, mits er een overeenkomst is tussen bibliotheek en onderwijsinstelling.

Wij adviseren bibliotheken om het geld uit te geven aan vaste elementen die bewezen effectief zijn, zoals een training. Maar ze hoeven inderdaad niet alleen hun eigen begroting meer aan te spreken of alleen de gemeentebegroting. Dus ook BiblioNu kan voor een school of kinderopvanglocatie in Venray een aanvraag doen voor dit bedrag zonder dat ze rekening hoeven houden met gemeentegeld. In een plaats als Enschede is het makkelijker, omdat die gemeente een paar jaar geleden een groot initieel bedrag reserveerde voor de Bibliotheek op school, zodat er een goede start gemaakt kan worden. Met de gelden die nu beschikbaar komen, wordt de basisfinanciering van je organisatie en materialen makkelijker.’

Anderzijds kunnen gemeenten nu ook zeggen: ‘Aha, de bieb krijgt nu geld van het ministerie via Stichting Lezen, dus dan hoeven wij even niks te doen.’
‘Die geluiden hoor ik nu natuurlijk ook. Maar dan is het aan de lokale bibliotheekdirectie om te voorkomen dat de gemeente zo’n besluit neemt. De programma’s kunnen alleen optimaal uitgevoerd worden als enerzijds het rijk en de instellingen en anderzijds de bibliotheek en gemeente investeren. De meeste gemeenten die al investeren in de Bibliotheek op school zeggen: “De echte kwaliteitsslag moet nog gemaakt worden.” Dat kan alleen als er genoeg draagvlak en langdurige borging is. Dus een gemeente als Venlo – die veel investeert in de Bibliotheek op school – gaat nu niet zeggen: “Omdat de bibliotheek geld ontvangt van het rijk, stoppen wij onze bijdrage.” Dan zouden ze het paard achter de wagen spannen.

Maar uiteraard moet je als bibliotheek wel goed nadenken over wat je met dit nieuwe geld gaat doen. Het is vooral bedoeld om de organisatie rondom de scholen en kinderdagverblijven te verstevigen, om mensen een vast contract aan te bieden, om leesconsulenten meer uren te geven op de scholen en om een beter samenwerkingsverband te smeden met de gemeente, het onderwijs en de kinderopvang. Zodat zij gaan denken: “Dit is zó belangrijk, wij gaan hier zelf ook in investeren.” Denk aan investeren in leerkrachten zodat zij zelf meer gaan lezen en de schoolbibliotheek weer gaan gebruiken voor hun leesles, of zodat zij aan de slag gaan met effectief leesonderwijs. Dat zien we de afgelopen tijd gelukkig al steeds vaker gebeuren, mede dankzij de Bibliotheek op school.’

Dan heb je het over plezier.
‘Exact. Dan neemt het onderwijs het voortouw en zegt: “Zonder goede schoolbibliotheek kan ik helemaal geen les geven.” Dat is wat wij als Stichting Lezen willen bereiken.’

U zegt dat de aanpak effectief is gebleken?
‘Klopt. Er zijn wetenschappelijke onderzoeken gedaan die aantoonden dat BoekStart en de Bibliotheek op school effectief zijn mits op de goede manier uitgevoerd. En daar zit vaak nog het probleem. Juist omdat BoekStart en de Bibliotheek op school meestal alleen gebaseerd zijn op een beperkte gemeentelijke en onderwijsbijdrage, kunnen de programma’s misschien niet altijd uitgevoerd worden zoals ze idealiter uitgevoerd zouden moeten worden.’

Waar gaat het dan mis?
‘De borging. De leesmediaconsulenten krijgen bijvoorbeeld te weinig uren om de school goed te begeleiden. Dat is een groot probleem. Het bedrag dat nu beschikbaar wordt gesteld, is feitelijk een erkenning van dat probleem. Men ziet dat de Bibliotheek op school goed werkt, maar men ziet ook dat het nog veel beter uitgevoerd kan worden. In dat opzicht helpen de negatieve uitkomsten van het recente PISA-2022-onderzoek: het gegeven dat Nederlandse leerlingen steeds slechter lezen heeft zijn weerslag op Nederland als kennisland, en dat zorgt er mede voor dat dit soort bedragen beschikbaar komen.’

In hoeverre gaat de 74 miljoen de borging garanderen die u noemt?
‘Ook dit bedrag is nog lang niet voldoende. Het geld is bedoeld als een overbrugging naar structurele financiering van de Bibliotheek op school, maar of die er komt, hangt onder andere af van het volgende kabinet. In een rapport van KWINK-groep dat onlangs naar de Tweede Kamer is gestuurd, staat dat de benodigde jaarlijkse investeringen in de Bibliotheek op school op alle scholen in Nederland tussen de 150 en 200 miljoen euro per jaar bedragen. En dan hebben ze het alleen over scholen, niet over BoekStart in de kinderopvang. Dus ja, er is veel geld nodig om het goed uit te voeren. Vergeet ook niet dat het aantal mediatheken – vooral in het voortgezet onderwijs – de laatste vijftien jaar fors is gereduceerd. Er zijn er nog zo’n vierhonderd, dus nog slechts een kwart van de middelbare scholen beschikt over een mediatheek of een schoolbibliotheek, de rest is in de loop der jaren door het onderwijs gesloten. Die mediatheken zijn bovendien met name te vinden op havo en vwo, niet op het vmbo en praktijkonderwijs, waar ze het hardste nodig zijn. En dan vinden ze het gek dat leerlingen niet meer goed en voor hun plezier lezen? Als je geen boeken en expertise beschikbaar stelt, dan wordt het lastig om goed en gemotiveerd te lezen. Het Masterplan basisvaardigheden houdt hier juist rekening mee: het geld gaat naar praktijkonderwijs en vmbo om daar het leesklimaat te verbeteren en boeken dichtbij beschikbaar te hebben. Kortom, bibliotheken zijn hartstikke blij met de 74 miljoen, maar ook zij vragen zich af hoe het zit met de borging als dat geld over drie jaar op is.’

Ook die onzekerheid over structurele financiering kan voor gemeenten een argument zijn om te zeggen: ‘Wij houden onze hand op de knip, want we weten niet hoe het over drie jaar gaat.’
‘Dat kan, ja. Dat kunnen wij niet voorspellen. Bibliotheken moeten zorgen dat ze met de beleidsbeslissers in hun netwerk de goede gesprekken voeren.’

Bent u zelf optimistisch over die lange termijn?
‘Ja. Ik ben een positief persoon. Weet je, we zijn vijftien jaar geleden met één miljoen euro begonnen. In 2010 zei ik al bij het ministerie: “Er is 100 miljoen nodig om goede schoolbibliotheken op alle scholen op te zetten, dan kan het echt goed uitgevoerd worden.” Nou, de ambtenaar viel bij wijze van spreken van zijn stoel van het lachen. Maar de aanhouder wint. We hebben de Bibliotheek op school en BoekStart de afgelopen veertien jaar steeds verder uitgebouwd. Inmiddels heeft de helft van de basisscholen de Bibliotheek op school en tegen de veertig procent van de kinderopvanginstellingen werkt met BoekStart. Het zijn gewoon heel overtuigende cijfers. Is het allemaal van de juiste kwaliteit? Nee, nog niet. Maar bibliotheken hebben wel ongelooflijk veel geïnvesteerd om dit goed op te tuigen met de weinige middelen die ze hadden. En met de middelen die nu beschikbaar komen, kunnen ze de organisatie goed neerzetten, minder kwetsbaar worden en in kwaliteit investeren, zodat die programma’s alleen maar beter worden.’

‘Ik heb een groot geloof in deze programma’s’

De gemeente Utrecht koos twee jaar geleden voor de introductie van BoekStart en de Bibliotheek op school bij de kinderopvang, de basisscholen en het voortgezet onderwijs. Murièl Steegstra – teamleider onderwijs bij Bibliotheek Utrecht – heeft er ‘groot geloof’ in.

‘Op 30 oktober waren demissionair staatssecretaris Uslu en demissionair minister Paul op bezoek bij basisschool De Kaleidoscoop, met wie wij de Bibliotheek op school uitvoeren. Ook de Anne Frank School was daarbij aanwezig. Het was erg leuk, want ze hadden ook leerlingen, ouders en leesmediaconsulenten uitgenodigd. Uslu en Paul liepen mee met een boekenkring door de leescoördinator in de klas. In zo’n kring praat je samen over boeken. Dat was heel bijzonder.’

Alleen maar meer
‘In Utrecht zijn de afgelopen twee jaar 35 po-scholen en 2 vmbo-scholen met de Bibliotheek op school aan de slag gegaan. Dat zullen er dankzij de nieuwe gelden alleen maar meer worden. Het is heel veel geld, maar het wordt ook over heel veel scholen en bibliotheken verdeeld. In Utrecht hebben ze ook nadrukkelijk ingezet op het speciaal onderwijs. Inmiddels werken we samen met twee scholen voor speciaal basisonderwijs (sbo), een school voor speciaal onderwijs (so) en een school voor voortgezet speciaal onderwijs (vso). En heel fijn aan de nieuwe regeling is dat het mbo en de pabo er ook onder vallen. Met hen zijn we al in gesprek.

Wij werken met samenwerkingsovereenkomsten van minimaal drie jaar. Na die drie jaar heb je je eerste successen behaald, maar het is nog niet voldoende om een leescultuur te creëren. Vandaar dat we met de gemeente in gesprek gaan om het duurzaam te maken. De wethouder was er al bij op 30 oktober. Wat ik in dit kader heel mooi vind, is dat KWINK-groep heeft onderzocht wat er nodig is voor duurzame ondersteuning. Daarin is sprake van gedeeld eigenaarschap tussen scholen en bibliotheken.’ (Het kabinet komt in 2024 met een reactie op het onderzoek, red.)

Doorwrochte aanpak
‘Ik heb een groot geloof in de Bibliotheek op school. Er is veel onderzoek naar gedaan en er wordt voortdurend gekeken wat werkt en wat niet. Het is een integrale, doorwrochte aanpak. Je krijgt echt het gevoel: hier kan ik een verschil mee maken. Ik hoor dat ook van de leerlingen zelf. Op De Kaleidoscoop kreeg een jongetje de vraag: “Wat zou je zeggen tegen kinderen die het nog niet zo leuk vinden om te lezen?” “O”, zei dat jongetje, “dan heb je gewoon het goede boek nog niet gevonden.” Dat lijkt een gewenst antwoord, maar die kinderen hebben ongelooflijk veel plezier omdat ze actuele boeken lezen, omdat iemand hen helpt als ze iets niet kunnen vinden, omdat ze kunnen praten over de boeken, omdat ze echt leesplezier krijgen.

Bovendien worden de schoolbibliotheken bemenst door ouders, dus ook hun betrokkenheid wordt versterkt. Ik heb een ouder horen zeggen: “Ik had me nooit gerealiseerd dat lezen ook zo goed is voor rekenen. Ook bij rekenen moet je begrijpend lezen!” Als ouders dat zelf zeggen, dan zie ik dat er iets in beweging komt en dat onze samenwerking iets in beweging brengt. Dan hebben we iets gewonnen.’

Bibliotheekblad 1 januari 2024

Foto: Stichting Lezen

Foto: Stichting Lezen

Foto: Stichting Lezen

Foto: Bibliotheek Utrecht

Foto: Stichting Lezen

Adriaan Langendonk, landelijk programmamanager BoekStart en de Bibliotheek op school bij Stichting Lezen en Koninklijke Bibliotheek.

Op 30 oktober 2023 waren demissionair staatssecretaris Uslu en demissionair minister Paul op bezoek bij basisschool De Kaleidoscoop in Utrecht.

‘Ik heb een groot geloof in deze programma’s’

De gemeente Utrecht koos twee jaar geleden voor de introductie van BoekStart en de Bibliotheek op school bij de kinderopvang, de basisscholen en het voortgezet onderwijs. Murièl Steegstra – teamleider onderwijs bij Bibliotheek Utrecht – heeft er ‘groot geloof’ in.

‘Op 30 oktober waren demissionair staatssecretaris Uslu en demissionair minister Paul op bezoek bij basisschool De Kaleidoscoop, met wie wij de Bibliotheek op school uitvoeren. Ook de Anne Frank School was daarbij aanwezig. Het was erg leuk, want ze hadden ook leerlingen, ouders en leesmediaconsulenten uitgenodigd. Uslu en Paul liepen mee met een boekenkring door de leescoördinator in de klas. In zo’n kring praat je samen over boeken. Dat was heel bijzonder.’

Alleen maar meer
‘In Utrecht zijn de afgelopen twee jaar 35 po-scholen en 2 vmbo-scholen met de Bibliotheek op school aan de slag gegaan. Dat zullen er dankzij de nieuwe gelden alleen maar meer worden. Het is heel veel geld, maar het wordt ook over heel veel scholen en bibliotheken verdeeld. In Utrecht hebben ze ook nadrukkelijk ingezet op het speciaal onderwijs. Inmiddels werken we samen met twee scholen voor speciaal basisonderwijs (sbo), een school voor speciaal onderwijs (so) en een school voor voortgezet speciaal onderwijs (vso). En heel fijn aan de nieuwe regeling is dat het mbo en de pabo er ook onder vallen. Met hen zijn we al in gesprek.

Wij werken met samenwerkingsovereenkomsten van minimaal drie jaar. Na die drie jaar heb je je eerste successen behaald, maar het is nog niet voldoende om een leescultuur te creëren. Vandaar dat we met de gemeente in gesprek gaan om het duurzaam te maken. De wethouder was er al bij op 30 oktober. Wat ik in dit kader heel mooi vind, is dat KWINK-groep heeft onderzocht wat er nodig is voor duurzame ondersteuning. Daarin is sprake van gedeeld eigenaarschap tussen scholen en bibliotheken.’ (Het kabinet komt in 2024 met een reactie op het onderzoek, red.)

Doorwrochte aanpak
‘Ik heb een groot geloof in de Bibliotheek op school. Er is veel onderzoek naar gedaan en er wordt voortdurend gekeken wat werkt en wat niet. Het is een integrale, doorwrochte aanpak. Je krijgt echt het gevoel: hier kan ik een verschil mee maken. Ik hoor dat ook van de leerlingen zelf. Op De Kaleidoscoop kreeg een jongetje de vraag: “Wat zou je zeggen tegen kinderen die het nog niet zo leuk vinden om te lezen?” “O”, zei dat jongetje, “dan heb je gewoon het goede boek nog niet gevonden.” Dat lijkt een gewenst antwoord, maar die kinderen hebben ongelooflijk veel plezier omdat ze actuele boeken lezen, omdat iemand hen helpt als ze iets niet kunnen vinden, omdat ze kunnen praten over de boeken, omdat ze echt leesplezier krijgen.

Bovendien worden de schoolbibliotheken bemenst door ouders, dus ook hun betrokkenheid wordt versterkt. Ik heb een ouder horen zeggen: “Ik had me nooit gerealiseerd dat lezen ook zo goed is voor rekenen. Ook bij rekenen moet je begrijpend lezen!” Als ouders dat zelf zeggen, dan zie ik dat er iets in beweging komt en dat onze samenwerking iets in beweging brengt. Dan hebben we iets gewonnen.’

Wat kun je doen met 74 miljoen?

Bibliotheekblad 1 januari 2024

Mariëlle Paul (demissionair minister van Primair en Voortgezet Onderwijs) en Gunay Uslu (demissionair staatssecretaris van Media en Cultuur) maakten het eind oktober bekend tijdens een schoolbezoek in Utrecht: ze trekken de komende drie jaar 74 miljoen euro uit om nóg meer leerlingen te laten profiteren. Door middel van BoekStart in de kinderopvang (0-4 jaar) en de Bibliotheek op school in het basis-, voortgezet (praktijkonderwijs en vmbo) en beroepsonderwijs (mbo en pabo/lerarenopleiding). Beide programma’s bieden een structurele aanpak voor leesbevordering en informatievaardigheden doordat ze de ‘positieve leesspiraal’ stimuleren: voorlezen, beter lezen, doorlezen, blijven lezen. Beide aanpakken zijn gebaseerd op een aantal bouwstenen die in samenhang worden uitgevoerd. BoekStart en de Bibliotheek op school zijn ontwikkeld door Stichting Lezen en de KB, de nationale bibliotheek.

In mijn eigen woonplaats Venray heeft de middelbare school flink betaald om met de Bibliotheek op school te beginnen, omdat BiblioNu aangaf over onvoldoende middelen te beschikken.
Adriaan Langendonk: ‘Het is grappig dat je dat zegt, want ik had de directeur van BiblioNu onlangs nog aan de telefoon. Hij worstelt daar nogal mee. Hij krijgt de gemeente niet goed overtuigd om hierin te investeren. Daarin is Venray wel redelijk uitzonderlijk, moet ik eerlijk zeggen. Want de laatste jaren zijn veel gemeenten via het Nationaal Programma Onderwijs (in verband met corona) en de recente masterplanmiddelen juist gaan investeren in de Bibliotheek op school.’

In welke zin is Venray uitzonderlijk?
‘Het rijk betaalde tot corona niet of nauwelijks mee aan de lokale uitvoering van beide programma’s, dus was je als bibliotheek deels afhankelijk van wat een school of kinderopvangorganisatie wilde investeren, maar vooral van wat de gemeente wilde investeren. De gemeente financiert tenslotte voor ongeveer 85 procent de bibliotheek en dus ook deze programma’s. Dus als de gemeente zegt: “Wij zien weinig in de Bibliotheek op school”, dan sta je als bibliotheek inderdaad met lege handen. Maar ja, een goede uitvoering van de Bibliotheek op school met voldoende ondersteunende leesconsulentenuren en investeringen in collecties kost wel 75 euro per leerling per jaar. Dat moet ergens vandaan komen. Een school betaalt daarvan gemiddeld tien of twintig procent als je mazzel hebt, maar geen basisschool in Nederland betaalt meer dan twintig euro per leerling per jaar aan de bibliotheek voor de Bibliotheek op school. Dat is een van de redenen waarom ik zo blij ben met de 74 miljoen. Die zorgt er namelijk voor dat een bibliotheek de basiskosten makkelijker kan dragen.’

Want dat geld gaat rechtstreeks naar bibliotheken? Daar zit geen gemeente of school tussen?
‘Klopt, maar ze moeten het uiteraard wel inzetten in overleg met ons, want wij hebben de opdracht gekregen het geld te verdelen. Concreet kunnen de komende drie jaar ruim 1.800 kinderdagverblijven en scholen in het primair onderwijs, het vmbo, het praktijkonderwijs en het beroepsonderwijs (mbo breed, mbo/pwo (pedagogisch werk: onderwijsassistent,red.), pabo en lerarenopleidingen tweedegraads) voor het eerst gaan samenwerken met de bibliotheek via BoekStart in de kinderopvang en de Bibliotheek op school. Daarnaast kunnen ruim zesduizend kinderopvanglocaties en scholen hun bestaande samenwerking met de lokale bibliotheek verder uitbouwen. Het gros daarvan krijgt de komende drie jaar ieder jaar een bedrag uit de masterplanmiddelen, mits er een overeenkomst is tussen bibliotheek en onderwijsinstelling.

Wij adviseren bibliotheken om het geld uit te geven aan vaste elementen die bewezen effectief zijn, zoals een training. Maar ze hoeven inderdaad niet alleen hun eigen begroting meer aan te spreken of alleen de gemeentebegroting. Dus ook BiblioNu kan voor een school of kinderopvanglocatie in Venray een aanvraag doen voor dit bedrag zonder dat ze rekening hoeven houden met gemeentegeld. In een plaats als Enschede is het makkelijker, omdat die gemeente een paar jaar geleden een groot initieel bedrag reserveerde voor de Bibliotheek op school, zodat er een goede start gemaakt kan worden. Met de gelden die nu beschikbaar komen, wordt de basisfinanciering van je organisatie en materialen makkelijker.’

Anderzijds kunnen gemeenten nu ook zeggen: ‘Aha, de bieb krijgt nu geld van het ministerie via Stichting Lezen, dus dan hoeven wij even niks te doen.’
‘Die geluiden hoor ik nu natuurlijk ook. Maar dan is het aan de lokale bibliotheekdirectie om te voorkomen dat de gemeente zo’n besluit neemt. De programma’s kunnen alleen optimaal uitgevoerd worden als enerzijds het rijk en de instellingen en anderzijds de bibliotheek en gemeente investeren. De meeste gemeenten die al investeren in de Bibliotheek op school zeggen: “De echte kwaliteitsslag moet nog gemaakt worden.” Dat kan alleen als er genoeg draagvlak en langdurige borging is. Dus een gemeente als Venlo – die veel investeert in de Bibliotheek op school – gaat nu niet zeggen: “Omdat de bibliotheek geld ontvangt van het rijk, stoppen wij onze bijdrage.” Dan zouden ze het paard achter de wagen spannen.

Maar uiteraard moet je als bibliotheek wel goed nadenken over wat je met dit nieuwe geld gaat doen. Het is vooral bedoeld om de organisatie rondom de scholen en kinderdagverblijven te verstevigen, om mensen een vast contract aan te bieden, om leesconsulenten meer uren te geven op de scholen en om een beter samenwerkingsverband te smeden met de gemeente, het onderwijs en de kinderopvang. Zodat zij gaan denken: “Dit is zó belangrijk, wij gaan hier zelf ook in investeren.” Denk aan investeren in leerkrachten zodat zij zelf meer gaan lezen en de schoolbibliotheek weer gaan gebruiken voor hun leesles, of zodat zij aan de slag gaan met effectief leesonderwijs. Dat zien we de afgelopen tijd gelukkig al steeds vaker gebeuren, mede dankzij de Bibliotheek op school.’

Dan heb je het over plezier.
‘Exact. Dan neemt het onderwijs het voortouw en zegt: “Zonder goede schoolbibliotheek kan ik helemaal geen les geven.” Dat is wat wij als Stichting Lezen willen bereiken.’

U zegt dat de aanpak effectief is gebleken?
‘Klopt. Er zijn wetenschappelijke onderzoeken gedaan die aantoonden dat BoekStart en de Bibliotheek op school effectief zijn mits op de goede manier uitgevoerd. En daar zit vaak nog het probleem. Juist omdat BoekStart en de Bibliotheek op school meestal alleen gebaseerd zijn op een beperkte gemeentelijke en onderwijsbijdrage, kunnen de programma’s misschien niet altijd uitgevoerd worden zoals ze idealiter uitgevoerd zouden moeten worden.’

Waar gaat het dan mis?
‘De borging. De leesmediaconsulenten krijgen bijvoorbeeld te weinig uren om de school goed te begeleiden. Dat is een groot probleem. Het bedrag dat nu beschikbaar wordt gesteld, is feitelijk een erkenning van dat probleem. Men ziet dat de Bibliotheek op school goed werkt, maar men ziet ook dat het nog veel beter uitgevoerd kan worden. In dat opzicht helpen de negatieve uitkomsten van het recente PISA-2022-onderzoek: het gegeven dat Nederlandse leerlingen steeds slechter lezen heeft zijn weerslag op Nederland als kennisland, en dat zorgt er mede voor dat dit soort bedragen beschikbaar komen.’

In hoeverre gaat de 74 miljoen de borging garanderen die u noemt?
‘Ook dit bedrag is nog lang niet voldoende. Het geld is bedoeld als een overbrugging naar structurele financiering van de Bibliotheek op school, maar of die er komt, hangt onder andere af van het volgende kabinet. In een rapport van KWINK-groep dat onlangs naar de Tweede Kamer is gestuurd, staat dat de benodigde jaarlijkse investeringen in de Bibliotheek op school op alle scholen in Nederland tussen de 150 en 200 miljoen euro per jaar bedragen. En dan hebben ze het alleen over scholen, niet over BoekStart in de kinderopvang. Dus ja, er is veel geld nodig om het goed uit te voeren. Vergeet ook niet dat het aantal mediatheken – vooral in het voortgezet onderwijs – de laatste vijftien jaar fors is gereduceerd. Er zijn er nog zo’n vierhonderd, dus nog slechts een kwart van de middelbare scholen beschikt over een mediatheek of een schoolbibliotheek, de rest is in de loop der jaren door het onderwijs gesloten. Die mediatheken zijn bovendien met name te vinden op havo en vwo, niet op het vmbo en praktijkonderwijs, waar ze het hardste nodig zijn. En dan vinden ze het gek dat leerlingen niet meer goed en voor hun plezier lezen? Als je geen boeken en expertise beschikbaar stelt, dan wordt het lastig om goed en gemotiveerd te lezen. Het Masterplan basisvaardigheden houdt hier juist rekening mee: het geld gaat naar praktijkonderwijs en vmbo om daar het leesklimaat te verbeteren en boeken dichtbij beschikbaar te hebben. Kortom, bibliotheken zijn hartstikke blij met de 74 miljoen, maar ook zij vragen zich af hoe het zit met de borging als dat geld over drie jaar op is.’

Ook die onzekerheid over structurele financiering kan voor gemeenten een argument zijn om te zeggen: ‘Wij houden onze hand op de knip, want we weten niet hoe het over drie jaar gaat.’
‘Dat kan, ja. Dat kunnen wij niet voorspellen. Bibliotheken moeten zorgen dat ze met de beleidsbeslissers in hun netwerk de goede gesprekken voeren.’

Bent u zelf optimistisch over die lange termijn?
‘Ja. Ik ben een positief persoon. Weet je, we zijn vijftien jaar geleden met één miljoen euro begonnen. In 2010 zei ik al bij het ministerie: “Er is 100 miljoen nodig om goede schoolbibliotheken op alle scholen op te zetten, dan kan het echt goed uitgevoerd worden.” Nou, de ambtenaar viel bij wijze van spreken van zijn stoel van het lachen. Maar de aanhouder wint. We hebben de Bibliotheek op school en BoekStart de afgelopen veertien jaar steeds verder uitgebouwd. Inmiddels heeft de helft van de basisscholen de Bibliotheek op school en tegen de veertig procent van de kinderopvanginstellingen werkt met BoekStart. Het zijn gewoon heel overtuigende cijfers. Is het allemaal van de juiste kwaliteit? Nee, nog niet. Maar bibliotheken hebben wel ongelooflijk veel geïnvesteerd om dit goed op te tuigen met de weinige middelen die ze hadden. En met de middelen die nu beschikbaar komen, kunnen ze de organisatie goed neerzetten, minder kwetsbaar worden en in kwaliteit investeren, zodat die programma’s alleen maar beter worden.’

Bibliotheken ontvangen de komende drie jaar 74 miljoen euro uit het ‘Masterplan basisvaardigheden II’. Daarmee gaan nóg meer scholen en kinderopvanglocaties profiteren van BoekStart in de kinderopvang en de Bibliotheek op school. Bibliotheekblad vraagt aan Adriaan Langendonk, landelijk programmamanager BoekStart en de Bibliotheek op school bij Stichting Lezen en Koninklijke Bibliotheek, hoeveel zoden dit bedrag aan de dijk zet.

‘Het leesplezier moet terug in de klas!’

TEKST: STAN VERHAAG
FOTO'S: DE KALEIDOSCOOP /  ISABELLE CORNET

LEESBEVORDERING / BASISVAARDIGHEDEN /
DE BIBLIOTHEEK OP SCHOOL (DBOS)